28 februari 2016

Dag 3; Campo de' Fiori en Italiaans bezoek

Al vroeg word ik wakker met een ontzettende dorst. Toch net teveel wijn gedronken geloof ik. Toch laat ik me uiteraard niet kennen en zit al op tijd aan de ontbijttafel. Om 11.00 uur heb ik afgesproken met Phyllis, een Nederlandse vriendin die al zo 50 jaar in Montevarchi, Arezzo, woont. Zij komt gezellig naar Rome en wil mij kennis laten maken met haar Nederlandse vriendin die al 40 jaar in Rome woont. Maar voor die tijd wil ik graag nog even de buurt rondom Campo de'Fiori bezoeken. En daarbij kun je Roscioli niet over het hoofd zien. Met een vineria, salumeria, restaurant en forno (bakkerij) zijn ze goed vertegenwoordigd in deze buurt. De familie verkoopt hoge kwaliteit producten en vooral de pizza's en brood vinden gretig aftrek. Toeristen die een verrukkelijke pranzo overslaan en kiezen voor een 'broodje' zijn hier graag geziene gasten. Maar kies je wel voor een pranzo dan heb je ook alle kans dat je geniet van hun bakkerskunst. Mario, de bakker, levert namelijk veel van zijn broden aan restaurateurs.
Nog zo goede bakker is te vinden direct aan campo de' Fiori genaamd Forno campo de' Fiori. Ik kan het niet laten om een stukje pizza bianca te kopen, dat is echt altijd lekker.
Gelukkig is Dar Filettaro nog gesloten, want heb je zin in gefrituurde baccalà dan moet je hier zijn. En ook als je geen zin hebt, dan komt dat direct zodra je het ziet.
Ook de imposante bierbar van Baladin is nog gesloten. Maar uit eerdere bezoekjes weet ik dat je bij Open Baladin Roma kunt kiezen uit circa 100 verschillende bieren van deze biermeester. Bier kan mij normaal niet bekoren maar toch heeft Baladin er een paar smaken tussen zitten die ik ook graag in een vloeibare vorm consumeer. Noel chocolate, zucca, castagnale, alles kun je hier vinden. Overigens een hapje eten, is ook geen straf hier. De keuken wordt dan ook geleid door Marco Politi en begeleid door de meester pizza- en brodenbakker Gabriele Bonci. Vooral de hamburgers van het Fassone Piemontese rund (La Granda) op een broodje van Bonci vinden gretig aftrek.

De markt zelf kan me niet erg bekoren. Met uitzondering van een kaaskraam en en een enkele groentekraam is het vooral veel troep wat er verkocht word. Vreselijke pasta's, vreemde drankjes, en veel toeristen die zich troep laten aanpraten door buitenlandse verkopers. Ik blijf liever kijken bij de groentekraam waar ze puntarelle aan het schoonmaken zijn...gewoon met de hand.
Gelukkig is Piazza Venezia vlakbij want inmiddels is het alweer 11.00 uur. De dames staan er al en zoals het een goed Italiaan betaamt, kussen we erop los. Beginnen doen we uiteraard met een caffè en wel in een favoriet van de Romeinse, caffè Doria. Doria is zo bar die je  niet meer verwacht in deze tijd en al helemaal niet in Roma. Een klassieke bar met een massieve marmeren fontein in de zaak en leren stoeltjes. Hoe chic wil je het hebben.
Omdat de dames bekenden hebben bij het collegia Romano (hét gymnasium van Roma) mag ik een kijkje binnen nemen bij dit instituut. Schitterend. Daarna gaan we verder richting chiesa di Sant'Ignazio waar een schitterende expositie is genaamd Laudato sì - alle Radici della vita; Geprezen ja, de wortels van het leven. De kunstenaar Mastro 7 heeft bronzen sculpturen van bomen gemaakt. Tot 3 april kun je deze schitterende kunstwerken bezichtigen.
Na zoveel moois besluiten we af te reizen naar Osteria del Velodromo Vecchio. We moeten hiervoor in een buitenwijk zijn maar met de metro gaat het heel snel. Voor goed eten hebben we graag wat over. En goed eten dat kun je hier. We kiezen de ruote pazze ricotta e guanciale en de tonnarelli con gamberi e carciofi. De pastawieletjes met ricotta en wangspek smaken heerlijk maar toch ben ik erg gelukkig met mijn tonnarelli. Deze vierkante spaghetti vind je veel op de kaarten in Lazio en is een zusje van de maccheroni alla chittara uit de Abruzzo. Daarna gaan we voor abbacchio al forno, lam uit de oven, en tortino di aliciotti con l'indivia. Een taartje uit de oven met laagjes verse ansjovis en andijvie. Knapperig aan de buitenkant, zacht van binnen, smullen. Een gemengde salade en een carciofi alla romana maken het compleet. Bij de gemengde salade krijgen we een zelfgemaakte azijn met een azijnmoeder/azijnzwam van 90 jaar oud. De azijn is zo zacht dat je hem zo zou willen drinken. Wat we wel kunnen, mogen en met veel plezier drinken is de Frascati superiore van Fontana Candida. De twee zoetekauwen delen samen nog een ricottataartje maar ik hou het bij een lekkere caffè. Moe, voldaan en heel gelukkig verlaten we Alessandra en haar man Matteo. Hier wordt gekookt met passie en kunde en kun je genieten van goed, eerlijk en top kwaliteit voedsel.




Weer terug in het centrum krijg ik nog het schitterende 'museumwaardige' appartement te zien van de Nederlandse Romeinse. Zij bezit er een midden in het hart van Roma en haar terras ligt tegenover het conservatorium. Voor even voelde ik me een prinses. Helaas voor kort want de dames, die energie voor 10 hebben, willen al weer de hort op. Via de luxe winkelstraten lopen we naar piazza del Popolo waar we zittend bij de fontein van het zonnetje kunnen genieten. Inmiddels is het alweer vrij laat als ik de bus terug neem naar het hotel en afscheid neem van de dames.

Eenmaal terug in het hotel kan ik eigenlijk direct weer de bus instappen naar Testaccio waar ik ga eten bij Flavio al Velavevodetto. Het zit er bomvol en met veelal toeristen. Toch zijn er ook Romeinen te vinden die genieten van de keuken van Flavio. De keuken is traditioneel, smaakvol, kwalitatief en weinig spectaculair. En daar ben je ook niet naar op zoek als je hier gaat eten. Flavio laat je thuis voelen en zorgt voor een huiselijke sfeer en ook een huiselijke keuken. Wat wel spectaculair is, dat is de carciofi alla giudia. De artisjok wordt opengevouwen als een bloem en dan gefrituurd. De buitenkant is naast heel erg vet, ook heel erg krokant en heeft een hart wat boterzacht is. Ik weet dat veel gasten er verzot op zijn maar geef mij maar alla romana, waar je veel meer de artisjok zelf proeft. Het kan niet zo zijn dat ik in Italië ben en geen trippa eet. Zeker nu ik op deze plek zit, kan dat bijna niet anders. Bij dit bord pens in tomatensaus eet ik puntarelle. De knisperige witgroene steeltjes van deze winter andijvie worden, zoals gebruikelijk, geserveerd met een saus van ansjovis, knoflook, olie, zout en azijn. De dressing valt wat tegen maar gelukkig de groente niet.
Nu ik geen wijn heb genomen, kan ik het toch niet laten om een distillato te nemen. Op de kaart heb ik liquori della tradizione dell'azienda Colazingari di Alatri zien staan. De ober raad me Genziana aan. Subtiele bittere smaken gaan heel harmonieus samen in mijn glaasje en maken me heel gelukkig.     Voor het drankje en voor het heerlijke brood zou ik graag terugkomen maar voor het eten moet ik daar nog even over denken. En dat ga ik dan ook lekker in mijn bedje doen.

Mijn liefde voor artisjokken wordt beantwoord tijdens deze dagen in Roma. Daarom kan het eenvoudige recept voor carciofi alla romana niet ontbreken.

Carciofi alla romana
8 jonge artisjokken, liefst de Romeinse variant,
1 citroen
2 tenen knoflook
bosje peterselie en eventueel een paar takjes kattenkruid
zout, peper en olie

Haal de buitenste, harde blaadjes van de carciofi en laat een stuk steel zitten. Knip ook de punten bij en verwijder eventueel het hooi. Wrijf bij het schoonmaken de aangesneden stukken met citroensap om verkleuring tegen te gaan of leg ze in water met wat citroensap. De kruiden en knoflook hak je fijn en stop je met wat peper en zout in de bloem. Vervolgens pak je een pan waar de carciofi, strak tegen elkaar en met de stelen naar boven, precies inpassen. Je vult de pan met water zodat deze goddelijke groente helemaal onder water staat. Nu doe je er ook nog zo 100 milliliter goede olie bij en laat het met de deksel op de pan aan de kook komen. Je laat het nu goed doorkoken tot al het vocht is verdampt, wat zeker 45 minuten kan duren. Al dat wachten wordt gegarandeerd beloond.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten