31 oktober 2014

Geen kersen maar wel heel veel dorpjes

De zon schijnt en wat heb ik een zin om Garbagna weer eens te bezoeken. Geen kersenseizoen maar het dorpje ligt zo mooi in de heuvels, dat het met dit weer een mooi vakantietripje is. De wegen zijn nog steeds voor een groot deel afgesloten en of moeilijk berijdbaar, maar het uitzicht wat je ervoor terugkrijgt, is magnifiek. Maar dan net voor de afslag naar Garbagna een verbodsbord. We mogen en kunnen niet verder. Wat nu...de kaart er bij. In dit soort situaties kun je niet zonder de Michelin Italië wegenatlas. Na wat bestuderen zie ik dat er nog een weg is. Het is wat omrijden en we moeten de bergen in, maar we hebben de tijd. Hoe hoger we komen, hoe slechter het weer maar ook de weg wordt. Dorpjes zijn overspoelt met modderstromen en men is met man en macht bezig de boel weer gaanbaar te maken. Opeens is daar een dikke mistbank en ook nog een scherpe nauwe bocht. Wat nu? Rustig geconcentreerd doorrijden want teruggaan heeft ook geen zin. De weg gaat gelukkig weer naar beneden en we lijken het ergste nu gehad te hebben. En dan is de beloning daar; Garbagna. Maar ook hier heeft de modderstroom toegeslagen. Gelukkig is het kleine stadshart al aardig schoon en kunnen we wat rondlopen. Helaas door de "ramp" zijn de meeste zaakjes dicht en kunnen we niets van de kersen en of hun geliefde kastanjes terugvinden. Ook de restaurantjes die er zijn, zijn nu gesloten. Uiteraard ook omdat het seizoen over is en wij als enige toerist hier rondbanjeren.

Het is 12 uur en een van de belangrijkste besluiten van de dag moet weer gemaakt worden "waar eten we onze pranzo?". Ik zie dat er op ongeveer een uurtje rijden het plaatsje Capriata d'Orba is. En laat daar nu ristorante Il Moro zijn. Op naar Capriata en dit keer neem ik de makkelijke weg via Tortona. Ook hier weer een verbodsbord maar alle auto's rijden toch door.  Deze twee eigenwijze Nederlanders dus ook...maar gestraft dat worden we. Alles lijkt goed te gaan maar dan ineens een tunnel  die je hier zoveel hebt. Alleen het einde van de tunnel ziet er dit keer iets anders uit. Allemaal dikke modder, bomen op de weg en de verdere weg is niet meer te zien. Achteruit rijdend, " ontvluchten" we de tunnel en keren terug naar Garbagna. Dan toch maar binnendoor maar gelukkig via een ander weg omdat we een andere kant op moeten voor het restaurant. Om 13.45 bereiken we Il Moro en gelukkig zijn we nog van harte welkom. Wat Claudio en Simona Rebora ons hier voorzetten is fantastisch. En dan met name de gastvrijheid, subliem.  We beginnen met een antipasto misto, alles is even goddelijk. We krijgen tortino porri e pancetta (taartje van prei en pancetta), sformato di zucca con fonduta (pompoensouffle met kaassaus), rotolo di cipolla tropea con fonduta (soort gevulde crêpe met ui en ook met de kaassaus), carpaccio di fassone (carpaccio van een rund uit Piemonte) en roccaverano fresco con pomodori datterini (roccaverano kaas met tomaatjes). De kaart laat zoveel lekkers zien dat we besluiten ook nog een primo te nemen. We nemen wederom de corzetti novesi con salsiccia e funghi (corzetti pasta met een saus van worst en paddestoelen). Dit keer alleen gemaakt van harde tarwe en water en met een wat robuustere smaak. Daarom zeker niet minder lekker. En we verheugen ons nu al op de secondo.



We kiezen petto d'anatra al dolcetto con sarzetto en stoccafisso con patate e olive taggiasche.  De eend op de veldsla is precies goed gebakken en is heerlijk sappig van binnen.  Het zoetje rond om de eend geeft een mooi contrast met het vetlaagje van het dier. De stoccafisso is haast rauw wat met de  aardappelen en olijven een bijzonder textuur in je mond geeft. Alles is zo ontzettend vers en goed op smaak en zelfs de salade als contorni is van topklasse. Een glaasje dolcetto erbij voor moeders en dan alleen nog een koffie na. We nemen afscheid van Claudio en van de inmiddels lege zaak.

 

Na even de benen gestrekt te hebben in dit liefelijke dorpje, zit ik weer vol slakken energie en stel voor om naar Ovada te rijden. We vinden een parkeerplaatsje nog net voordat de middagdrukte weer gaat beginnen. Ovada is een grotere stad maar heeft een oude kern met een centraal plein en vele zijstraatjes Na wat rondgedwaald te hebben, zie ik daar "mijn" vijzel. Al heel wat jaartjes ben ik op zoek naar een marmeren vijzel die ook iets groter van formaat is, maar nooit gevonden. En daar stond hij, in een marmerwinkel naar een grafzerk. Naar binnen dus, maar helaas de winkel is gesloten. Aanbellen dan maar, ook niets. Na wat rondgevraagd te hebben, horen we dat ze een marmerfabriek hebben net buiten de stad. Mijn moeder stelt voor daar heen te rijden en dus daar gaan we op naar de marmerfabriek. We komen op een industrie terrein en inderdaad daar staat een grote fabriek. Overal marmer en een drukte met mensen die werkbladen, tegels en weet ik nog wat meer aan het uitzoeken zijn. Er komt een dame naar ons toe en met handen en voeten leg ik uit dat ik op zoek ben naar de vijzel. Maar helaas, geen vijzel op de fabriek. Morgenvroeg 10 uur is ze even in de winkel en dan zou ik hem zeker kunnen kopen. We nemen afscheid en ik ga er nog even over nadenken. Een beetje teleurgesteld, vooral ik,  stappen we in de auto en rijden terug naar de Cascina waar ons, na nog een mooie wandeling rond de boerderij,weer een heerlijk diner en wijn staat op te wachten. Dit maal salumi, niet van henzelf maar van een boer 2 kilometer verder op en een frittata. Daarna een heerlijke simpele penne met tomatensaus. Vervolgens krijgen we dunne plakjes rundvlees van hun eigen Valdostana, een koeien ras. Ook krijgen we er pompoen uit de oven bij waar ik nog wat extra van vraag. Zo intense smaak heb ik nog nooit bij een pompoen in Nederland ervaren. Toe zijn er ingemaakte abrikozen en perziken. Geeft je toch nog een beetje het zomergevoel. Na de espresso, passito en grappa vallen we in een diepe slaap.


 



Tortona en de aardbei

Vanochtend al vroeg gewekt door niet alleen de hanen. Deze ochtend laten ook de honden weten dat ze bewoners van de cascina zijn. Reden te meer om zelf ook vroeg uit te veren te gaan en een ritje naar de provincie hoofdstad Alessandria te gaan maken. Voor veel Nederlanders bekend door de eindbestemming te zijn van de autoslaap trein. Dat deze stad een belangrijk verkeersknooppunt is, dat staat vast. Want buiten het spoor komen hier ook alle snelwegen van de steden Turijn, Milaan en Genua bijeen. Voor ons allemaal niet belangrijk, wij willen gewoon onze ochtend espresso eens hier drinken. Na weer een mooi ritje over kleine wegen, komen we in een chique stad terecht. Alles ziet er verzorgd uit en je ziet dat het centrum in de Tweede Wereldoorlog een flinke klap heeft gehad. Alles is vrij nieuw en er zijn luxe winkels gevestigd. Na een lekkere koffie in een chique hippe bar gaan we even winkelen. We zijn tenslotte vrouwen en zo af en toe is "etalage shoppen" best leuk. Toch zijn we het stadsleven alweer snel zat en stappen weer in de auto. Na wat van de omgeving gezien te hebben, zie ik dat we dicht bij "riserva naturale torrente Orba" zijn. En nog belangrijker, dat we dicht bij Bosco Marengo zitten. Weer zo klein plaatsje waar een heerlijk restaurant moet zijn gevestigd. Voor de ingang van het  natuurgebied zit een hek en het lijkt alsof de natuur zijn eigen gang is gegaan en er is niets meer dan een wildernis. Dan maar een wandeling over de stadsmuur van Bosco Marengo en een kijkje nemen in de mooie en grote kerk op het pleintje. Al snel zie ik het restaurant, wat overigens ook niet zo moeilijk is in dit kleine dorpje. Het is nog wat vroeg maar toch gaan we vast naar binnen bij locanda dell'olmo.

We zijn de eerste maar nog niet 5 minuten na ons volgen er meer. Hoe kan het toch dat er in zelfs de kleinste dorpjes nog zoveel klandizie is? Mannen alleen, zakenrelaties, oude opa's en oma's en alleen de gezinnen lijken te ontbreken. Maar daar is het dan ook donderdagmiddag voor. Gianni en zijn broer Andrea Bondi hebben niet alleen deze locanda maar zijn ook nog eens goede wijnmakers. Alleen moeders kan van een glaasje Bondi Ovada docg genieten en ik betaal de zware tol van de bob te zijn. Ik heb zoals altijd weer moeite met een keuze te maken en wil eigenlijk alles proeven. Maar ook hier is dat helaas niet mogelijk. Gianni helpt me gelukkig een handje en we bestellen. We gaan voor de peperone di carmagnola in salsa d' acciughe. Deze grote en zoete paprika smaakt heerlijk met de ansjovis saus. Zout en zoet, mooier contrast is er niet. Met de zilte smaak nog op onze lippen en wegdromend bij de muziek van Diana Krall, komt de corzetti er aan. De corzetti is met saffraan gekleurd en is met eieren en meel bereid. De eieren zijn niet gebruikelijk maar het geeft wel een hele zachte smaak. De peperige en zoute smaak van de ragu di salsiccia geeft het een mooi contrast.

 

Kan dit nog beter worden? Ja het wordt nog beter. We krijgen guancia di fassone stracotta all'ovada en cima ripiena alla genovese. De wangetjes van het fassone rund zijn boterzacht en gestoofd in de ovada wijn. Toch win ik het met mijn gerecht. Ik krijg namelijk een kunstwerk op mijn bord. De kalfsborst heeft een vulling van kalfsvlees, zwezerik, eieren, doperwten, wortelen en kaas. De zoete mostarda snap ik er niet maar smaakt apart absoluut heerlijk. Dit gekookte kalf is de specialiteit van de omgeving van Genua en de stad is hier niet heel ver vandaan. Het gerecht is licht en zeer verfijnd. Dit wil ik vaker eten! Als het eten zo goed is dan moeten we ook nog een dolci delen. We nemen de bunet (bonet). Een zacht chocoladetaartje met uiteraard een scheut rum in het beslag. Na de koffie wil ik toch nog wat meer weten over de Bondi wijnen en of we een bezoek aan de wijnboerderij kunnen brengen. Helaas, Andrea blijkt er niet te zijn en Gianni is nu bij dell' olmo en dus is de cantina gesloten. Met een dankbare en stevige handdruk verlaten we het restaurant en gaan we op naar het volgende avontuur.



Het volgende avontuur gaat de aardbei worden en wel de sterk, heerlijk zoet, geurende aardbei uit Tortona. Twee jaar geleden heb ik zo een heerlijke siroop van deze aardbei op de Salone del Gusto gekocht dat ik de makers graag wil bezoeken en zien waar deze zomerkoninkjes groeien. Cascina Carcassola ligt net onder Tortona en na wat dwalingen zien we een bordje van de boerderij. De grote oude boerderij heeft zeker niet alleen de aardbeien. De ganzen, kippen en honden komen ons allemaal tegemoet, maar een menselijk wezen helaas niet. Dus ook nu maar weer eens een paar keer hard "buongiorno" roepen. Al snel komt er een oude man aan die druk bezig is het net geoogste spelt op te ruimen. Hij laat ons met veel plezier de boerderij en de mooie producten die ze maken zien. Ondertussen belt hij Patrizia Lodi de eigenaresse op, die in Tortona op bezoek is. Binnen een kwartier staat ze voor onze neus, want buitenlandse toeristen die haar bezoeken, dat is nieuw. Daarvoor breekt ze graag haar bezoek af. Ze verteld wat over deze kleine smaakvolle aardbei en laat ons wat dingen proeven. Ook dit jaar staat ze weer op de Salone met haar heerlijkheden. Maar wachten tot Turijn dat doen we niet en kopen nu al heel wat lekkers. In onze tas zit Grappa di fragola, sciroppo, liquore, fragola all'alcol,  mostarda, marmellata, maar ook spelt en polenta. Na een dikke omhelzing verlaten we de boerderij.





Inmiddels is het al weer het einde van de middag en besluiten alleen nog een bezoekje aan Tortona te brengen. Een lief klein stadje met een paar mooie bezienswaardigheden en zeker een paar mooie pasticcerie. 

Ondanks al het lekkers van vandaag hebben we toch nog plaats voor een diner van Franco. Er is kaas maar dit keer meerdere kazen met kruiden, een salade met een olijven tapanade, spaghetti in rode wijn (de Nibio wijn en volgens mij een hele fles), gans en torta di mele. Ik wil nooit meer weg.






30 oktober 2014

Focaccia novese en Montébore, provincie Alessandria op zijn best

Via Giovanni Norese van het convivium Slow Food del Gavi e Ovada kreeg ik de tip om de echte traditionele focaccia novese te gaan eten. En wat doe ik dan als slakje...hem volgen. En dus gingen we op woensdag naar Vignole Borbera want daar zou de beste focaccia novese te vinden zijn. Al vroeg kwamen we aan in dit kleine, weinig spectaculaire, dorpje op zoek naar de focaccia. Het bijzondere aan de focaccia novese is dat hij dun, zacht en buigzaam is. Dit komt door het deeg vele malen met de handen te stretchen. Het deeg bestaat uit meel, water, reuze, gist en olie en heeft mooie deukjes op de top, welke de olie heerlijk kan absorberen. Maar hoe gaan we dit stuk brood vinden? Vragen dus maar in de lokale winkel van Sinkel. Na de nodige ondervraging over wat we hier doen, komt het antwoord op onze vraag. We moeten achter het cafe zijn. Eerst dus dan maar koffie en dan een kijkje nemen aan de achterkant. En daar was het bakkertje dan. Moeilijk voor te stellen dat deze zaak zo een meesterstuk maakt. Want een meesterstuk is het. We kopen twee stukken novese, een hardere en een zachtere variant. Ondanks ons goede ontbijt kunnen we het niet laten om de stukken te verorberen. En met een iets wat vettige mond en handen vervolgen we onze reis. Op naar de Montébore.
 
Want hoe en waar deze formaggio gemaakt wordt, dat moet ik zien. Montébore is een rauwmelkse kaas van koeien en schapenmelk en ziet er uit als een trouwtaart. Het heeft zijn naam te danken aan een gelijknamige stadje in het bergachtige gebied Val Borbera. De kaas is gecreëerd door de benedictijnse monniken in de 12de eeuw. De kaas was zowat verdwenen maar gelukkig kreeg het in 1999 de steun van Slow Food en ontving het Presidia logo. Sinds die tijd zijn er meer producenten die de hooggewaardeerde kaas produceren. Echter is er maar een met het presidia logo en die gaan we bezoeken. Het is caseificio Vallenostra in Mongiardino Ligure. Ook hier is er veel regenoverlast geweest en met de nodige omleidingen vinden we het naambordje van de kaasboerderij. De kaasmakers zelf zitten op enige hoogte in de bergen en wij besluiten de auto te laten staan en het laatste deel per voet te doen. Want zelfs een 4X4 zou nog problemen hebben de weg omhoog te komen. Bij de boerderij lijkt het uitgestorven te zijn maar met het nodige geroep komt Irene Calamante naar buiten. Vol enthousiasme laat ze ons de kaasmakerij zien en vertelt over deze bijzondere kaas. Ook proeven hoort daarbij. We krijgen twee rijpingen te proeven en beiden zijn totaal verschillend. In Nederland is alleen de jonge variant te proeven dus de 6 maanden oude kaas was een cadeautje. Uitgebreid vertellen over deze kaas doe ik zeker nog een keer want ik mag de kaas direct bij haar bestellen, dus binnenkort staat zo grote kaas bij mij thuis te schitteren! Voordat we weggaan, laat Irene nog het restaurant zien. Helaas is deze alleen in de weekenden open of op aanvraag. In de mooie eetzaal ontmoeten we Roberto Grattone de trotse eigenaar van Vallenostra en de keukenchef Agata Marchesotti. Met een stuk kaas, de nodige recepten van Agata en een adres om onze pranzo te gaan eten verlaten we deze kaashelden.





Nu we midden in dit heuvelachtige gebied zitten, is het wat moeilijker een restaurant te vinden. Irene laat ons weten dat we, als we de weg volgen, na enkele minuten een goede eettent zullen vinden. Die enkele minuten duren wat langer en onze hoop naar het vinden ervan verdwijnt dan ook met het verstrijken van de tijd. Na ongeveer een kwartier is daar opeens Albergo ristorante Moranda. Hoe kan dit nu overleven in dit afgelegen gedeelte? Daar komen we snel achter. Het restaurant zit vol met werklui, zowel in pak als in overal. Één vrouw is er te bekennen en die staat in de keuken. Een plaatsje voor ons is er natuurlijk nog wel in deze grote balzaal. Dit hotel en restaurant is overigens in het zomerseizoen zeer geliefd bij wandelaars en fietsers, uiteraard van de Italiaanse afkomst. Een kaart is er niet maar de kokkin noemt alles graag enkele keren voor ons op. Als we zo om ons heen kijken, lijken de porties groot te zijn en is paneerlaag overal op te vinden. We besluiten dan ook de antipasto te delen. En wat zijn we gelukkig met deze keuze. De antipasto misto is namelijk veel, erg veel. Rauwe porcini met kaas, gevulde crêpes, vleeswaren, kaas, rosbief, het is allemaal even lekker. Dan volgt de secondo. We kiezen voor een paddestoelen schotel en leen amskotelet. En inderdaad allemaal voorzien van een mooie paneerlaag. Geen topkwaliteit maar stevig spul voor de bergsporter en of voor de werklui. Een ontzettende mooie ervaring zijn we rijker.

                











Na dit stevige maaltje rijden we naar Gavi. Een mooi klein wijnstadje met een heerlijke wijn midden in de provincie van Alessandria. En ook hier zijn de wegen haast onbegaanbaar maar met wat doorzettingsvermogen komen we in het centrum aan. Even de benen strekken en genieten van alleen het pamflet van de specialiteit van Gavi; Ravioli di Gavi. Proeven zit er namelijk nu echt niet meer in.
Na weer de verschrikkelijke landweg genomen te hebben, komen we aan bij onze oase van rust; de cascina. Met al die slechte wegen die ik vandaag heb gereden, is een glas a demua het enige wat ik nog heb.
Nu de Italiaanse gasten ons gisteren verlaten hebben, is er een nieuw stel gearriveerd. Twee Amerikanen, Tom en Susie. Het klikt direct en na de nodige gesprekken gaan we laat aan tafel, een volle tafel. Nu ook weer beginnen we met kaas, een groentetaartje, gefrituurde aubergines, ravioli met kaasvulling, stoofvlees en fruit. Het gezellige en rijke maal besluiten we gezamenlijk te begeleiden met het kroonjuweel van de cascina; Etoile du raisin. Een wijn uit 2007 gemaakt met 85% barbera, 10% dolcetto en 5 % ancellotta druiven. Afgesloten wordt er met de passito, espresso en de grappa. Een mooier afsluiting van deze fantastische dag kan ik me niet voorstellen.

 





Streetfood in Genua

De regen lijkt nog niet helemaal vertrokken te zijn, maar gelukkig kunnen wij wel vertrekken naar Genua. Gelukkig is er nog een weggetje, als je dat zo mag noemen, wat ons naar beneden kan brengen. Voorzichtig rijdend in mijn steun en toeverlaat, mijn pandaatje, gaan we naar de snelweg. Dit keer geen binnendoor route maar de "veilige" snelweg. Onderweg zien we iedereen hard aan het werk om de schade te herstellen. Onmogelijk zonder financiële hulp maar of ze die zullen krijgen, is nog een groot vraagteken. Wat we zien, zijn mensen die de schouders eronder zetten en elkaar helpen waar nodig is. Klagen doen ze niet, nou ja, dan alleen op de overheid. En dat recht hebben ze zonder meer!
Na een klein uur en met de nodige opstoppingen onderweg aangekomen in Genua. Wat een drukke stad, wat een dwaze stad. Wennen zal ik nooit aan al die wegen om de stad heen, al die parkeerparken bij elkaar en al die chaos. Nadat we een plek voor de auto hebben gevonden, kunnen we er gelukkig toch ook weer van gaan genieten. Met volle teugen dat is zeker. Als je in Genua loopt, voel je en ruik je de haven. Het is alsof je in een ander werelddeel bent. Verdwalen in de kleine straatjes, het is altijd weer een feest. 
De tijd vliegt voorbij maar onze magen lijken de tijd niet te vergeten. Het is lunchtijd en wat doe je dan...je eet streetfood! Een van mijn favoriete plekjes is Antica Sciamadda. Een behulpzame Italiaan bracht ons er na toe, want de weg, die raak ik er altijd kwijt! Een klein zaakje met een toonbank en 5 stoelen aan de wand. De grote oven is altijd is gebruik en broer en zus koken en bakken de lekkerste dingen.



Na advies gevraagd te hebben bij de kok Umberto Prestigiacomo gingen we voor farinata, torta di patate en fagioli verde, torta di riso en torta di bietola.
Wat kan simpel toch ongelooflijk lekker zijn. De farinata was dun maar toch sappig en helemaal niet droog. Het kikkererwten meel was alleen voorzien van wat zout en een takje rozemarijn. Niets meer, nites minder. De aardappelkoek was goed op smaak en de pangrattato op de top zorgde voor een krokante bite. De torta di riso...hemels. Het deeg zo dun en knapperig, de vulling zo zoet, sappig, romig, alles tegelijk. Om de rijst zo romig te krijgen wordt de kaas crescenza gebruikt. Crescenza is een verse gepasteuriseerde koemelk kaas. Hij wordt veel gebruikt in de keuken van Piemonte, Lombardia en in Genova. Het zorgt voor een melkachtige delicate smaak. De kaas is ook gebruikt in onze torta di bietole. Niet gemaakt met ricotta en eieren. Nee, hier is het een gesloten taart van een super dun deeg, te vergelijken met filodeeg. Gevuld is de taart met een laag gekookte snijbiet en een dikke laag crescenza. Naar mijn idee een iets te dikke plak kaas maar het neemt niet weg dat ook deze streetfood een aanrader is.

Wat genoten we van al dit lekkers. Dat deden overigens ook de andere klanten. Aan de ene kant een vrouw die genoot van haar frittelle baccala (zoutevis gefrituurd in een beslag) en patate fritte. Aan de andere kant een dame die de smaak van haar soep deed denken aan haar oma. Dat we in Italië zijn, valt nu niet meer te ontkennen. Daar moest ik meer van weten.  Umberto liet me weten dat het zijn versie van de minestra di Genovese was en gaf me een bord om te proberen. Ongelooflijk dat hij dit zomaar gaf maar nog meer ongelooflijk was de smaak. Aan me oma deed dit me niet denken, dat doen doorgekookte sperziebonen en een gepaneerde schnitzel met stoofpeertjes. in deze dikke soeo zaten zoveel smaken zaten en toch zo weinig  ingrediënten. Kikkererwten, soort van fregola (kleine pasta balletjes), iets wortel, courgette, kool en veel pesto, heel veel pesto. We zijn tenslotte in Liguria.   Een soep zie ik zelf nog veel zal gaan maken.


Zielsgelukkig en met een buik vol verlieten we de zaak. De drukte van de stad hielden we voor gezien en na nog een kleine wandeling langs de haven en Eataly Genova verlieten we de stad. We besloten om een bezoekje te brengen aan Camogli wat aan de Golfo Paradiso ligt, oostelijk van Liguria. Rustig rijdend door de de liefelijke plaatsjes Bogliasco, Pieve Ligure en het meer bekende Recco  kwamen we in het in de zomer toeristische vissersplaatsje aan. De zee was ruw maar met een flauw zonnetje was het ideaal weer voor een wandeling en de plaatselijke lekkernij te bekijken. Proeven zat er niet in want we waren nog steeds heerlijk verzadigd. En tenslotte stond ons vanavond ook weer ongetwijfeld een lekkere cena op te wachten.


          





En dat stond er zeker. Uiteraard de wijn, een grote kaasplateau met vier soorten kazen allemaal van rauwmelkse koemelk en zelfgemaakt, een sformato di verdura, zuppa di ceci e maltagliati(bonen en pasta soep) , fricando (soort van draadjesvlees),  radicchio salade en de crème caramel was er weer.

 










Niet zomaar wat regen

We worden de eerste ochtend niet gewekt door de haan maar door onweer. Veel onweer. De flitsen en het gedonder houdt niet op en ook de regen laat zich stevig horen. Wat een noodweer. Wij Hollandse dames laten ons niet door het weer uit het veld slaan en genieten van een heerlijke ontbijt met eigengemaakt brood, taart, jam, druivensap en de lekkerste "yoghurt alla casa" welke ik ooit heb geproefd. Het is maandag en aangezien dan vele plekken gesloten zijn, besluiten we naar Genua te gaan. Rennend om niet helemaal doorweekt te zijn, vluchten we de auto in. Mijn grote held " tomtom" ingesteld om binnendoor naar Genua te rijden. Echter die pret wordt al snel verstoord. Hoe meer ik de heuvel afrijd, hoe minder ik ga zien. De regen komt echt met bakken tegelijk naar beneden. De smalle boswegen zijn haast niet meer te zien. Het is zo beangstigend dat ik besluit terug te gaan. Gelukkig nog net op tijd. Een half uur later is de toegangsweg naar de Cascina afgesloten en het bruggetje weg geslagen..het engeltje zat echt op onze schouder. Ook binnen lijken we niet gespaard voor de regen. Het dak lekt, het licht gaat uit en ook lijkt het gas en elektriciteit het te begeven. De jonge lui van de boerderij, de twee Italiaanse gasten en wij zitten gezamenlijk vast op de boerderij. We krijgen wat berichten via de mobiele telefoons binnen maar ook zijn die verbindingen slecht. Delen van Novi Ligure blijken ondergelopen te zijn, de wegen zijn afgesloten en het drama wat enkele dagen daarvoor in Genua afspeelde, lijkt zich nu hier af te gaan spelen. En dan is het ook nog lunchtijd...wat te doen. De Italianen lijken nu nog meer van slag te raken. Dan maar eten en drinken wat je in huis hebt. En laat dat hier geen enkel probleem zijn. De wijnen, brood, salumi en formaggi komen op tafel en we hebben een lunch uit duizenden.
Tegen vier uur lijkt het droog te worden en besluiten wij een rondje te gaan lopen. Wat we zien is een complete catastrofe. En dat het water op andere plekken nog grotere schade heeft aangericht, zullen we de komende dagen nog vaak ervaren. Een noodfonds zou opgericht moeten worden. Nee helaas, er is zelfs geen klien berichtje van te vinden in de Nederlandse kranten. Één Europa?
 

Na het water in de keuken verwijderd te hebben en de elektriciteit het weer lijkt te doen, kunnen we rond acht uur weer aan tafel. Ondanks de voor vele mensen uit de omgeving zwarte bladzijde uit hun leven, is het voor ons genieten van een mooie maaltijd. Een heerlijke salade, tagliatelle met groentesaus, stoofvlees en chocolade taart en uiteraard wijn, koffie en grappa.